Vaste passiva
Eigen vermogen
Het eigen vermogen is verdeeld in algemene reserves (reserves met een bufferfunctie) en bestemmingsreserves.
De bestemmingsreserves worden onderverdeeld in:
- gebonden bestemmingsreserves
- reserves met een inkomensfunctie
- egalisatiereserves
De onttrekkingen van en toevoegingen aan de reserves zijn per reserve opgenomen in bijlage II “Staat van reserves en voorzieningen”. Hierin staan tevens per reserve en voorziening de standen begin en eind 2020 aangegeven.
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Boekwaarde | Toevoeging | Onttrekking | Bestemming | Vermindering ter | Boekwaarde | |
Algemene reserves | ||||||
Reserves met een bufferfunctie | 71.806 | 20.495 | 9.869 | 82.431 | ||
Bestemmingsreserves | ||||||
Gebonden bestemmingsreserves | 9.782 | 8.999 | 2.771 | 16.010 | ||
Reserves met een inkomensfunctie | 3.103 | 6.971 | 2.511 | 7.563 | ||
Egalisatiereserves | 505 | 330 | 175 | |||
Totaal bestemmingsreserves | 13.389 | 15.970 | 3.101 | 2.511 | 23.747 | |
Gerealiseerd resultaat | 6.515 | 14.002 | 6.515 | 14.002 | ||
Totaal | 91.710 | 50.467 | 12.971 | 6.515 | 2.511 | 120.181 |
Algemene reserves
Reserves met een bufferfunctie
Per saldo zijn deze reserves toegenomen met € 10.626.000. Het betreft de Algemene reserve. Ter versterking van het weerstandsvermogen hebben diverse toevoegingen plaats gevonden, de grootste mutaties betreffen:
- Begrotingsoverschot € 5.482.000
- Bespaarde rente € 2.503.000
- Storting vanuit de algemene grondreserve cf Nota Reserves en voorzieningen € 2.523.000
Bestemmingsreserves
Gebonden bestemmingsreserves
De gebonden bestemmingsreserves zijn ten opzichte van de beginbalans met ongeveer € 6.228.000 toegenomen. Dit komt voornamelijk door de stortingen in de reserves;
- Res. Regionaal Actieplan Perspectief Op Werk € 1.000.000,
- Res. Corona € 2.000.000,
- Res. Woonwagenlocaties € 971.000
- Res. Regiodeal 1e tranche € 2.000.000
- Res. Coronafonds t.b.v. gemeenschapsaccommodatie Sport- en culturele verenigingen en herijking subsidies €773.000
Reserves met een inkomensfunctie
Deze reserves zijn toegenomen ten opzichte van de beginbalans met ongeveer € 4.460.000. Dit is het gevolg van de mutatie in de Reserve Kapitaallasten Kazernekwartier €4.460.000.
Egalisatiereserves
Deze reserves dalen per 31 december 2020 ten opzichte van de beginbalans met ongeveer € 330.000. Vanuit de egalisatiereserve Openbare verlichting wordt € 227.000 onttrokken.
Gerealiseerd resultaat
Het saldo van de baten en lasten over het boekjaar 2020 bedraagt € 14.002.000
Voor een analyse van het verschil tussen de oorspronkelijke begroting en de jaarrekeningcijfers wordt verwezen naar “Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de toelichting”. De inhoudelijke analyse zijn in de programma’s opgenomen.
Voorzieningen
Bedragen x € 1.000 | |||||
Boekwaarde | Vrijval | Toevoeging | Onttrekking | Boekwaarde | |
Voorzieningen groot onderhoud | 12.249 | 7.761 | 8.483 | 11.527 | |
Voorzieningen middelen van derden | 3.328 | 382 | 96 | 3.043 | |
Voorzieningen overige | 14.349 | 369 | 1.563 | 155 | 15.388 |
Totaal | 29.927 | 751 | 9.420 | 8.638 | 29.957 |
Het totaal van de voorzieningen stijgt met € 30.000. Deze stijging is per saldo toe te wijzen aan een daling van de Onderhoudsvoorzieningen € 722.000. Een daling van de voorzieningen Middelen van derden € 286.000. Dit betreft o.a. een vrijval uit de voorziening egalisatie tarief GRP € 382.000.
En een stijging van de voorziening Overige per saldo van € 1.039.000. Dit betreft o.a. een stijging van de voorziening Pensioenkosten Wethouders € 541.000, de voorziening Functioneel Leeftijd Ontslag stijgt met € 544.000 en de nieuw ingestelde voorziening Huurkorting commercieel vastgoed € 78.000 en de nieuw ingestelde voorziening Jeugd € 400.000. De voorziening Restwerken Grondbedrijf laat een daling zien van € 324.000.
Voor een verdere toelichting op de reserves en voorzieningen wordt verwezen naar het (digitale) bijlagen boek Reserves en Voorzieningen.
Vaste schulden groter dan 1 jaar
Bedragen x € 1.000 | ||||
Boekwaarde | Per saldo | Per saldo | Boekwaarde | |
Binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 270.139 | 8.863 | 261.276 | |
Overige binnenlandse sectoren | 325 | 36 | 289 | |
Waarborgsommen | 38 | 38 | ||
Totaal | 270.503 | 8.900 | 261.603 |
Per saldo is er sprake van een daling van € 8.900.000 welke wordt veroorzaakt door de reguliere aflossingen 2020.
De totale rentejaarlast voor de vaste schulden groter dan één jaar bedraagt € 9.814.000.
Vlottende passiva
Vlottende schulden kleiner dan 1 jaar
Bedragen x € 1.000 | ||||
Boekwaarde | Per saldo | Per saldo | Boekwaarde | |
Overige schulden | 32.069 | 2.748 | 34.817 | |
Totaal | 32.069 | 2.748 | 34.817 |
De kortlopende schulden zijn per balansdatum toegenomen met € 2.748.000. Dit komt voornamelijk door een toename van het crediteurensaldo.
Overlopende passiva
Bedragen x € 1.000 | ||||
Boekwaarde | Per saldo | Per saldo | Boekwaarde | |
Nog te betalen kosten | 4.824 | 837 | 5.661 | |
Vooruit ontvangen bedragen EU | 681 | 644 | 1.325 | |
Vooruit ontvangen bedragen Rijksoverheid | 6.694 | 10.835 | 17.529 | |
Vooruit ontvangen bedragen overige overheid | 4.081 | 1.725 | 2.356 | |
Vooruit ontvangen bedragen overige | 2.837 | 748 | 2.089 | |
Subtotaal | 14.292 | 11.480 | 2.473 | 23.299 |
Totaal | 19.116 | 12.317 | 2.473 | 28.959 |
Nog te betalen kosten
Per balansdatum is de boekwaarde € 5.661.000. In 2020 zijn de nog te betalen kosten per saldo toegenomen met € 837.000.
Vooruit ontvangen bedragen van Europese, Rijks of Nederlandse overheidslichamen
In onderstaande tabel is een uitsplitsing naar Europese, Rijks-, overige overheden en overige vooruit ontvangen bedragen gemaakt.
Bedragen x € 1.000 | ||||
Van Europese, Rijks of Nederlandse overheidslichamen ontvangen | Boekwaarde | Toevoeging | Vrijval | Boekwaarde |
---|---|---|---|---|
Ontvangen van EU | ||||
Vierpaardjes | 2.372 | 1.592 | 780 | |
Pop- Machina | 157 | 51 | 106 | |
Share Euregio | -25 | 15 | -40 | |
Healthy Buildings | -29 | 11 | -40 | |
E- Smartec | -14 | 31 | -45 | |
Bezirksregierung Münster | -5 | 27 | -33 | |
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | 596 | 596 | ||
Ontvangen van Rijksoverheid | ||||
Algemeen | 50 | 50 | ||
Sanering verkeerslawaai | 150 | 150 | ||
Geluidwerende maatregelen A73 | 2.041 | 82 | 1.959 | |
VVE/OAB | 517 | 517 | ||
Geluidsanering Kaldenkerkerweg | 61 | 61 | ||
Geluid Grotestraat/ Roermondseweg | 9 | 9 | ||
WEB Educatie | 97 | 96 | 193 | |
Elk talent telt | 1.070 | 288 | 782 | |
Geluidsanering Roermondseweg | 48 | 1 | 46 | |
VVE/OAB 2019 | 1.089 | 1.269 | 2.358 | |
Sportzone | 20 | 20 | ||
SPUK | 140 | 140 | ||
Regeling reductie energiegebruik | 1.541 | 228 | 1.313 | |
Sportakkoord | 60 | 60 | ||
TOZO | 3.082 | 3.082 | ||
Geluidisolatie | 434 | 434 | ||
Aardgasvrije wijk | 6.119 | 6.119 | ||
Transitievisie warmte | 21 | 21 | ||
RMC | 123 | 123 | ||
Project Paradijsvogels | 64 | 64 | ||
SPUK GHNT | 52 | 52 | ||
SPUK Toeslagen | 55 | 55 | ||
Ontvangen van overige overheden | ||||
Algemeen | 231 | 123 | 355 | |
NSL-gelden 2e tranche | 19 | 7 | 12 | |
Geluidwerende maatregelen A73 | 1.065 | 110 | 954 | |
Scholingsfonds | 43 | 35 | 8 | |
Statushouders | 44 | 25 | 19 | |
LHBT | 10 | 10 | ||
JOGG | 5 | 5 | ||
POL | 33 | 33 | ||
Stedelijke ontwikkeling | 323 | 384 | -61 | |
Vierpaardjes | 2.131 | 2.131 | ||
Vervlechtingsmiddelen | 30 | 30 | ||
Crossroads Limburg | 110 | 134 | -24 | |
Scholingsfonds | 47 | 40 | 7 | |
Woningbouwprojecten | 53 | 53 | ||
Fietsproject Kaldenkerkerweg | 450 | 450 | ||
Fietspad Grubbenvorsterweg | 250 | 250 | ||
Project FUTURE | 228 | 228 | ||
ZonMw | 40 | 40 | ||
Vastenavondkamp | 20 | -20 | ||
Sportzone Venlo | 13 | 13 | ||
Ontvangen bedragen overige | ||||
Algemeen | 1.004 | 748 | 256 | |
Geluidwerende maatregelen A73 | 1.833 | 1.833 | ||
Totaal vooruit ontvangen bedragen | 14.291 | 15.053 | 6.045 | 23.299 |
Niet uit balans blijkende verplichtingen
Bedragen x €1.000 | |
Inkoopgroep | Totaal restant |
---|---|
01 - Personeelsgerelateerde zaken | 500 |
03 - Automatisering en telecommunicatie | 1.171 |
05 - Advies en onderzoek (niet op basis van detachering) | 223 |
07 - Gebouwen en gebouwgerelateerde installaties | 13.914 |
08 - GWW (aanleg en onderhoud), niet gebouwgerelateerde installaties en openbare ruimten | 21.219 |
10 - Sociaal Domein | 1.050 |
11 - overige | 672 |
Totaal | 38.750 |
In bovenstaande tabel zijn alle contracten met een resterende contractomvang van |
Verstrekte waarborgen voor nog uitstaande geldleningen
De restantbedragen van de gewaarborgde geldleningen aan het einde van 2020 bedragen € 403.000.000. Een specificatie is opgenomen in bijlage V.
In lijn met de voorgaande jaren wordt onder de balans buiten de balanstelling als totaalbedrag opgenomen de gewaarborgde geldleningen en waarborgen die de waarborgfondsen Waarborgfonds Eigen Woning (WEW) en Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) hebben afgegeven op Venloos grondgebied. Voor wat betreft de waarborgen m.b.t. de waarborgfondsen betreffen dit brutobedragen welke hoger zijn dan het werkelijke risicobedrag voor de gemeente Venlo. De gemeente kan als achtervanger worden aangesproken om renteloze leningen te verstrekken aan de waarborgfondsen indien die in liquiditeitsproblemen komen. Bij de verdeling van de renteloze leningen over Rijk en gemeenten worden de in Bijlage V gepresenteerde bedragen als verdeelsleutel gehanteerd. In opdracht van de Minister voor Wonen ontwikkelt de VNG een methodiek ten aanzien van de verslaglegging over de achtervangpositie en de berekening van het risico waarmee de achtervangpositie gepaard gaat.
Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)
Onderstaande tabel geeft het gemiddelde kwartaalsaldo van de liquide middelen ten opzichte van het drempelbedrag weer. Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury zijn de risico’s in sterke mate beperkt door de verankering van het schatkistbankieren in de Wet Fido. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden verplicht worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Uitgezonderd hierop zijn de middelen onder het drempelbedrag. Dit betreft 0,75% van het begrotingstotaal en is ingesteld om voldoende saldo aan te houden voor het dagelijks betalingsverkeer. Onderstaande tabel geeft het gemiddelde kwartaalsaldo van de liquide middelen ten opzichte van het drempelbedrag weer. In 2020 is het drempelbedrag in het 2e en 3e kwartaal overschreden. Oorzaak was een tweetal bankrekeningen die geen onderdeel uitmaakten van de saldoregulatie. Inmiddels is dit aangepast en worden ook deze twee bankrekeningen dagelijks afgeroomd. In de overige kwartalen zijn de niet in 's Rijks afgestorte middelen ruim beneden het drempelbedrag gebleven.
Bedragen x € 1.000.000 | ||||
Drempelbedrag SKB | 1e kwartaal 2020 | 2e kwartaal 2020 | 3e kwartaal 2020 | 4e kwartaal 2020 |
---|---|---|---|---|
Drempelbedrag (0,75% van begroting) | 3,30 | 3,30 | 3,30 | 3,30 |
Gemiddeld saldo buiten 's Rijks schatkist | 2,47 | 4,40 | 3,84 | 2,43 |
Ruimte binnen limiet (+), overschrijding (-) | 0,83 | -1,10 | -0,54 | 0,87 |